Hildebrandt en Aernout zitten gevangen in het kasteel van moerasmonster Tromp, de koning van de plomp. Volgens elf Schepel zijn de mensen "dik en dom" en daarom wil Tromp met hen vechten in de Poedelpoel, te beginnen met Hildebrandt. De Poedelpoel blijkt een ondiepe put vol modder te zijn. Doordat elf Schepel, aardworm Ubag en de moerasmonsters allemaal willen zien hoe Tromp van de mensen wint kunnen Bertram en Barend ongestoord de andere zalen verkennen. Omdat ze nat zijn en niet veel aan hebben beginnen ze het koud te krijgen. Ze trekken twee harnassen aan die ze in het kasteel hebben gevonden.
Lidwientje wordt door veerman Schiermonnik afgezet bij het kasteel dat tot de helft in het moeras is weggezakt. Ze vraagt aan de veerman of hij wil wachten als ze terugkomt met vier anderen. Hij zegt "één is maar alleen, twee mag nog mee, drie schommelt de boot, vier een hoge sloot, vijf dat lokt de aal" en roeit vervolgens weg. Er zit voor Lidwientje niets anders op dan met de kleren van Bertram en Barend op onderzoek uit te gaan.
In de Poedelpoel is de wedstrijd tussen Hildebrandt en moerasmonster Tromp begonnen. Aernout moedigt Hildebrandt aan door "een twee drie vier komt er nog wat van" te roepen. Elf Schepel denkt dat het een spreuk is en roep tegen Tromp dat hij Hildebrandt moet verstenen met zijn blik. Tromp is hierdoor afgeleid en het lukt Hildebrandt hem in de modder te duwen. Aernout roept dat hij gewonnen heeft maar Tromp niet moet aankijken. Hildebrandt antwoordt dat hij dat niet eens kan omdat zijn ogen vol modder zitten. Tromp is teleurgesteld in elf Schepel en laat hem samen met Aernout en Hildebrandt opsluiten. Schepel weet aardworm Ubag te overtuigen hem weer vrij te laten. In de troonzaal staat immers nog altijd de fles met meerman Marriman, die door Bertram en Barend ontdekt wordt.
Intussen horen de kinderen van veerman Schiermonnik dat het altijd donker is door de wolk van Tromp. De wolk is zwaar en vol kwaad gas want Tromp verdraagt geen daglicht. Dat brengt de kinderen op een idee. Saartje, Jochempje, Dieuwertje en Hortensje reizen terug door het tijdgat.
Elf Schepel presenteert de in een zwarte doek gewikkelde fles aan Tromp. Bertram en Barend vinden Lidwientje en vertellen dat ze de fles verwisseld hebben met een fles waarin een pad zit. Tromp is woest op Schepel en laat hem opsluiten bij Aernout en Hildebrandt. Zij hebben in hun cel een vat met wijn ontdekt en zingen vrolijk dat Hildebrandt de winnaar van de Poedelpoel is.
Uitzending
KRO - 22 februari 1975 - Nederland 2 - 19.20-19.50 uur
Opnamedata
11, 12 en 13 september 1974
Tekst
Harrie Geelen
Muziek, arrangementen, orkestratie en muzikale leiding
Joop Stokkermans
Muziekopname
Dick van der Meer
Decorontwerp
Jan P. Koenraads
Grafische vormgeving
Jos van Grieken
Rekwisieten
Arjan Top
Grime
Charles Biedermann
Peter Nijhuis
Tine van Oorschot
Souffleuse
Nel van Noorden
Kledingadviezen
Marga Langeweg
Regie-assistente
Peggy de Brij
Regie
Tineke Roeffen
Productie
René Sleven
Rolverdeling
Bertram Bierenbroodspot - Rob de Nijs
Lidwientje Walg - Loeki Knol
Hildebrandt Brom - Ab Hofstee
Aernout Koffij - Martin Brozius
Barend Stip - Ivo Brautigam
Hilletje Labberton - Monique Clemens
Saartje Zegen - Ria Bouwhuis
Jochempje Quota - Els van Weely
Dieuwertje - Lidy Sluijter
Hortensje - Henny van der Horst
Kinderen van Hamelen - Kinderkoor Henk van der Velde onder leiding van Iet van der Velde
Gastrollen
Schepel, de malende elf - Reinoud Anders
Aardworm Ubag - Herbert Joeks
Veerman Schiermonnik - Allard van der Scheer
Meerman Marriman - Peter Aryans
Moerasmonster Tromp - Paul Brandenburg
Moerasmonsters - Bram Buiten, Ben Duncker, Cor Lieven, Frans Heinsius
Helaas is van deze aflevering geen draaiboek beschikbaar.
 |
 |  |
 | |